Dit prachtige groene toevluchtsoord van Vancouver is een oase van ceders, sparren en dennen, bloementuinen en stranden op een strook land die uitsteekt in de Stille Oceaan. Met zijn 400 hectare is het een van de grootste stadsparken in Noord-Amerika, zelfs nog 60 hectare groter dan het Central Park in New York!
Het land was oorspronkelijk een basis voor de Royal Navy, maar de stad kreeg het in 1888 cadeau van de Britse regering. Het park is vernoemd naar Lord Stanley of Preston, gouverneur-generaal van Canada toen het park werd geopend en voorvechter van het natuurbehoud in het gebied.
In een groot deel van het park kun je wandelen, maar een deel is ook ondoordringbaar oerwoud. In het park leven veel wilde dieren, zoals coyotes, wasberen, bevers, stinkdieren, grijze eekhoorns en adelaars. Deze dieren zorgen ervoor dat er nog een stukje wildernis behouden blijft.
Het park wordt aan drie kanten omgeven door de oceaan en wordt omringd door de Seawall. Dit 22 kilometer lange pad is een van de populairste recreatiegebieden van de stad en vooral bij fietsers, joggers, rolschaatsers en wandelaars populair. Er zijn twee duidelijk afgebakende gebieden: één voor wandelaars en joggers, en één voor fietsers en skaters. Een rustige wandeling over dit pad neemt al gauw twee tot drie uur in beslag. Met de fiets doe je het in een uur.
Verken het park eens met een koets (een rit van een uur van maart tot oktober) of in een miniatuurtreintje (behalve in januari en februari).
Bewonder de rozentuinen, speel pitch & putt golf, bekijk de totempalen bij Brockton Point en gebruik de grasvelden en open ruimten om te lezen, te slapen of te picknicken. De stranden van het park bieden volop mogelijkheden om te zwemmen. Bij Second Beach is er zelfs een buitenzwembad, dat tijdens de zomermaanden meestal geopend is.
De ingang van Stanley Park bevindt zich op 2000 W. Georgia Street in West End. Om te parkeren kun je een dagpas kopen. Hiermee kun je de auto een dag lang tijdens openingsuren onbeperkt verplaatsen en parkeren in het park.