Het Chi Lin-klooster beslaat een sereen gebied van ongeveer 3,2 hectare aan nauwkeurig onderhouden tuinen, binnenplaatsen, zalen met prachtig uitgesneden cederhout, religieuze voorwerpen en vergulde standbeelden.
Het tempelcomplex werd in de jaren 1930 opgericht voor boeddhistische nonnen en is door de jaren heen voor verschillende doeleinden gebruikt: als school voor kansarme kinderen, als weeshuis en als daklozenopvang.
Tijdens een renovatie in de jaren negentig zijn de houten gebouwen hersteld aan de hand van de traditionele bouwtechnieken van de Tang-dynastie (618–907 n.Chr.). Er werden geen spijkers of schroeven gebruikt. In plaats daarvan worden de duizenden gele cederhouten planken bij elkaar gehouden door in het hout gesneden in elkaar grijpende systemen.
De ingang van het complex wordt gevormd door de 'bergpoort' Shanmen. Door deze poort kom je op de eerste binnenplaats, met lotusvijvers, rotspartijen en bonsaibomen. Aan de overkant van de binnenplaats vind je de Hal van de Hemelse Koningen, waar je in elke hoek een standbeeld ziet van Boeddha met de Hemelse Koningen.
De hoofdzaal, die je bereikt vanuit de kleinere tweede binnenplaats, is de meest imposante ruimte van het klooster. Hier dragen 28 grote cederhouten zuilen een dak dat bestaat uit 28.000 tegels van klei. In deze zaal staan vijf vergulde boeddhabeelden en in het midden staat Boeddha Sakyamuni, de grondlegger van het boeddhisme in India die ook wel 'de Verlichte' wordt genoemd.
Op het terrein van Chi Lin kun je tijdens een lange wandeling in je eentje genieten van de rust op een van de vredigste plekken van Hongkong. Denk er wel aan dat fotograferen hier niet is toegestaan.
Het Chi Lin-klooster staat aan de voet van Diamond Hill in noord-Kowloon, op loopafstand van het MTR-station Diamond Hill. Vanaf dit station wordt de route duidelijk aangegeven.
Het Chi Lin-klooster is dagelijks gratis toegankelijk.