De legendarische muzikant Bob Marley heeft reggae, en Jamaica, op de wereldkaart geplaatst. Een wandeling door het museum in het huis waar hij woonde, biedt een kijkje in het leven van deze volksheld die het grootste deel van zijn jeugd in een krottenwijk leefde.
Dreadlocks, de Ethiopische vlag en rasta zijn voor altijd verbonden met Bob Marley, die het gezicht van Jamaica is geworden. Zijn liedjes roepen de mensen op voor hun rechten op te komen en zijn protest- en bevrijdingssongs over politie, slavernij, religie en Kingston’s Trench Town bieden nog steeds hoop voor mensen over de hele wereld.
Bezoek het Bob Marley Museum om zijn oude huis en opnamestudio te zien, toepasselijk gelegen in Hope Road. Stap binnen in zijn wereld en voel hoe Marley zijn dagen als muzikant doorbracht. Laat je rondleiden in het museum om alles over het leven van deze muzieklegende te horen.
Ontdek hoe Marley beroemd werd in de zeventiger jaren en sindsdien meer dan 75 miljoen albums heeft verkocht. Bekijk de kamer waarin hij een schietpartij overleefde die was bedoeld om hem voor altijd het zwijgen op te leggen. De Jamaicaan, in 1945 geboren als Nesta Robert Marley, overleed uiteindelijk in 1981 jong aan kanker. Na zijn dood is Marley opgenomen in de Rock and Roll Hall of Fame. Zijn album ‘Exodus’ wordt als een van de beste albums van de twintigste eeuw beschouwd.
Marley’s slaapkamer is nog steeds zoals die was, met zijn gitaar naast zijn eenpersoonsbed. Tot zijn persoonlijke bezittingen die worden geëxposeerd behoren zijn favoriete spijkerblouse en rastafarimantels. Wandel door de geschiedenis van zijn carrière en zijn bands The Wailers en The Upsetters. Bekijk krantenknipsels, foto's en zijn verzameling van prijzen, zoals de Order of Merit van de Jamaicaanse regering.
Marley geloofde in een Ethiopische verlosser, Jah Rastafari. Als je het voor rastafari specifieke Ital-eten wilt proeven, bestel je een lunch bij het Legend Cafe van het museum.
Het Bob Marley Museum is van maandag tot en met zaterdag geopend. Het is 20 minuten rijden vanaf het International Airport in Kingston. Om naar het museum te komen huur je een taxi of auto en parkeer je naast de ingang.